Onze woongebouwen zijn brandveilig. Toch kan er brand uitbreken. Hieronder ontdek je hoe je brand voorkomt en wat je moet doen als er toch brand uitbreekt.
Brand voorkomen
Zet kaarsen niet te dicht bij de gordijnen en doe ze uit als je weggaat of gaat slapen.
Rook niet binnen en zeker niet in bed. Blijf tijdens het koken bij het fornuis en de oven in de buurt.
Lus geen stekkers of verlengsnoeren aan elkaar. Dit zorgt al snel voor kortsluiting of het doorbranden van apparaten en snoeren.
Laad je telefoon of laptop niet op in bed. De batterij kan hierdoor oververhit raken en een matras staat zo in brand.
Zet waxinelichtjes niet op een houten ondergrond. Het aluminium wordt heel heet en kan voor brand zorgen.
Controleer regelmatig of je brandmelder nog werkt.
Wat te doen bij brand?
Bel 112 en waarschuw buren en huisgenoten. Ook als de brand bij je buren is.
Sluit alle ramen en deuren. Zo kan de brand zich niet verder verspreiden.
Verlaat het woongebouw. Maak hierbij geen gebruik van de lift.
Neem zo snel mogelijk contact met ons op.
Stel tot slot de beheerder van je woongebouw op de hoogte.
Houd vluchtwegen vrij